Er ligt 135.470 kilometer aan wegen in Nederland. Daar valt veel zonlicht op, meer dan genoeg zelfs om alle auto’s die erop rijden te kunnen aandrijven met elektriciteit uit zonne-energie. Maar die enorme potentiële energievoorraad wordt niet benut. Zonde, vindt TNO, dat daarom een wegdek met geïntegreerde zonnecellen wil ontwikkelen. Is deze ‘zon-e-weg’ de eerste stap naar een klimaat- en energieneutraal mobiliteitssysteem?
Het mobiliteitssysteem in ons land is allesbehalve duurzaam. Auto’s, motoren, scooters en brommers verbranden de snel slinkende voorraden fossiele brandstoffen op en stoten ook nog eens koolstofdioxide, stikstofoxide en fijnstof uit. Om het verkeer duurzaam te maken krijgt de ontwikkeling van elektrische voertuigen de laatste jaren veel aandacht. Maar hoewel met name de elektrische scooter al een groot succes is, wordt deze oplossing pas echt duurzaam als de elektriciteit waarop deze voertuigen rijden ook duurzaam wordt opgewekt. Hoe mooi zou het zijn om daarvoor gebruik te maken van de wegen waarop ze rijden? Energie winnen uit wegdek is niet nieuw. Op sommige plaatsen wordt al warmte uit asfalt gewonnen. Maar dankzij de snelle ontwikkelingen in zonnecellen, prefab-wegen en elektrische voertuigen is er inmiddels veel meer mogelijk. Die mogelijkheden wil TNO combineren tot één duurzame mobiliteitsoplossing: de zonnewegen, of zoals TNO het noemt, de zon-e-weg.
Meer mogelijk
De zon-e-weg ziet er anders uit dan de wegen die we kennen. In de weg zijn zonnecellen geïntegreerd, die zonlicht opvangen en omzetten in elektriciteit. De toplaag van de zon-e-weg is dan ook transparant. Daarmee krijgt het gebruik van nieuwe materialen in de wegenbouw een impuls, net als de industrialisatie van het wegenbouwproces. En daaruit ontstaan weer kansen om ook andere functies eenvoudig in het wegdek te integreren. Dat kan bijvoorbeeld gaan om sensoren en LED’s voor verlichting of wegbelijning. Ook deze functies kunnen worden gevoed met de elektriciteit die de zonnecellen in de weg produceren. De overdracht van de opgewekte energie naar voertuigen zal in eerste instantie waarschijnlijk verlopen via oplaadpalen. Maar voor de toekomst denkt TNO ook aan draadloze energie-overdracht, zoals dat ook bij elektrische tandenborstels plaatsvindt.
Route
Het initiatief startte begin 2009. Vanaf het begin is Rijkswaterstaat erbij betrokken via het programma ‘Wegen naar de toekomst’. Om het concept te realiseren is TNO met een aantal mogelijke industriële partners in gesprek. Dat gaat om partijen als wegenbouwers en zonnecellenfabrikanten. Daarnaast levert de TU Delft fundamentele kennis op verschillende onderdelen en heeft een aantal gemeenten belangstelling om een impuls te geven aan duurzame infrastructuur, zoals Rotterdam via de Rotterdam Climate Campus. TNO wil met haar partners binnen twee tot drie jaar de eerste werkende toepassing realiseren en zoekt onder meer pilotlocaties in de vorm van voet- en fietspaden. Die termijn lijkt kort, maar de benodigde technologieën zijn al een stuk verder dan de meeste mensen denken. Zo biedt de zon-e-weg binnen afzienbare tijd een kans voor duurzame wegen en schone mobiliteit.
Reageer op dit bericht