CUENCA: “Er is geen reden waarom arme mensen slecht moeten eten.” Dat zegt de Ecuadoraanse boer Juan Anguisaca, een lid van de landbouwcoöperatie Coopera (‘Werk samen’). De coöperatie heeft met haar betaalbare bioproducten een marktaandeel van 10 procent veroverd in de stad Cuenca. Ook in Guayaquil, de grootste stad van het land, baat de organisatie eigen winkels uit.

“Bioproducten moeten niet duur zijn”, zegt Rodrigo Aucay, de directeur van Coopera. “Ze leveren winst op en blijven toch binnen het bereik van de armen”.

Coopera is gevestigd in San Joaquín, een kleine plattelandsgemeente dicht bij de Andesstad Cuenca, 440 kilometer ten zuiden van Quito. De coöperatie werd begin 2004 opgezet door acht leden die elk vier euro inlegden. Nu telt de organisatie zestigduizend leden en heeft ze een kapitaal van 21 miljoen euro.

Al het vlees, fruit en groenten die Coopera produceert, zijn 100 procent biologisch. Die beslissing werd bij de stichting van de coöperatie genomen, omdat de leden het beu waren almaar meer geld uit te geven aan kunstmest en pesticiden.

Rem op inflatie
“Coopera is een indrukwekkend succes”, vindt Xavier Patiño, de ondervoorzitter van de Kamer van Koophandel van Cuenca. “De coöperatie heeft ook een heilzame uitwerking op het prijsniveau.” Volgens Patiño is het aan Coopera en andere, gelijkaardige coöperaties te danken dat de inflatie in Cuenca nagenoeg is stilgevallen.

Coopera heeft intussen drie distributiecentra waar de producten van zijn leden worden gesorteerd, gewassen of bewerkt en verpakt. Van daaruit gaan ze naar de eigen winkels van de coöperatie in Cuenca en in de volkswijken van Guayaquil. “Waarom zouden wij onze winstmarge delen met supermarkten?”, vraagt Aucay retorisch.

Landbouwkundigen van de coöperatie experimenteren volop met nieuwe gewassen en nieuwe technieken. Ze introduceerden onder meer een insecticide op basis van chilipepers en vliegenvallen voor plagen waartegen geen biologische middelen te vinden zijn.

De leden van de coöperatie en andere kleine boeren leren de nieuwe technieken op een boerderij die de organisatie gratis kan pachten van de universiteit van Azuay. Ironisch genoeg moest de prestigieuze privé-universiteit haar landbouwkundig programma stopzetten omdat ze niet genoeg studenten vond, terwijl Coopera overstelpt wordt met aanvragen van boeren die willen bijleren over biologische landbouw. (IPS)