De Verenigde Staten steunen de VN-verklaring over de Rechten van Inheemse Volken. Die wijziging in het standpunt van de VS kondigde president Barack Obama deze week aan.

De ommekeer komt drie jaar nadat de Verenigde Naties (VN) de verklaring aannamen. De verklaring ondervond in 2007 tegenstand van de toenmalige president George W. Bush, Canada, Australië en Nieuw-Zeeland. Die laatste drie hebben inmiddels ingestemd met de verklaring, waardoor de VS nog alleen stonden in hun oppositie.

De verklaring van Obama betekent dat er geen landen meer tegen de verklaring zijn, wel zijn er nog enkele “onthouders”.

De VN-verklaring zet de fundamentele rechten en vrijheden van inheemse volken in de wereld uiteen en verbiedt discriminatie. Zij richt zich ook op bescherming van de cultuur en tradities van de ongeveer 350 miljoen inheemsen, waarvan er meer dan twee miljoen in de Verenigde Staten wonen.

Herevaluatie
Hoewel het verdrag niet wettelijk bindend is, drongen activisten in de VS er al een jaar bij de president op aan om het Amerikaanse standpunt te herevalueren. In april beloofde de regering dat te doen. Die aankondiging werd gevolgd door een aantal gesprekken met indianenleiders en niet-gouvernementele organisaties.

Obama maakte het nieuwe standpunt van de VS bekend tijdens de Tribal Nations Conference die afgelopen week plaatsvond in het Witte Huis in Washington. “Wat nog veel belangrijker is dan woorden, wat veel belangrijker is dan welke resolutie of verklaring dan ook, zijn daden die overeenstemmen met deze woorden”, aldus de president.

Eerder in zijn toespraak wees Obama op acties die zijn regering al ondernam, zoals het verbeteren van gezondheidszorg en scholen voor Amerikanen van Indiaanse afkomst, hulp bij de strijd tegen alcohol- en drugsmisbruik in indianengemeenschappen en het oplossen van conflicten over discriminatie en grondstoffen. (IPS/Foto: Alex Wong/Getty Images)