Zuidelijk Afrika maakt nog niet optimaal gebruik van zijn watervoorraden. Er is voldoende water, maar de gebrekkige infrastructuur leidt tot tekorten.
Het grootste probleem ligt bij het transporteren van het water naar de mensen, zegt Mike Muller van het Global Water Partnership. Hij nam deel aan een bijeenkomst over water van de Zuidelijk Afrikaanse Ontwikkelingsgemeenschap (SADC) die gisteren en vandaag (woensdag) werd gehouden in Manzini (Swaziland).
“Het klopt dat landen in Zuidelijk Afrika kampen met watertekorten”, zegt Muller. “Dat wordt erger door de groei van de bevolking en de klimaatverandering.” Die twee factoren resulteren in meer armoede en wateronzekerheid in de regio.
Hoewel het beeld bestaat dat landen met veel woestijn, zoals Botswana en Namibië, onvoldoende water per persoon hebben, zijn het in werkelijkheid Zuid-Afrika en Malawi waar de toegang tot water het slechtst is.
Om mensen van voldoende water te voorzien, moet er geïnvesteerd worden in infrastructuur die het water bij de mensen brengt, iets wat alle landen in de regio onvoldoende doen.
Industriële landbouw
Hoewel Mozambique voorop loopt met de beschikbaarheid van 11.320 kubieke meter water per persoon per jaar, gebruikt het land slechts 0,3 procent van zijn watervoorraad. Zuid-Afrika gebruikt 31 procent van zijn totale watervoorraad. Daarmee staat het land bovenaan als het gaat om watergebruik.
De regio gebruikt zijn water onvoldoende om voedsel te produceren, oordeelt Muller. “Industriële landbouw kan de regio veranderen. Als er voldoende water is voor de landbouw, kan de regio ook overschakelen op bio-energie. Suikerriettelers kunnen dan ethanol produceren.”
Lusip
Muller noemt het ontwikkelingsproject Lusip een goed voorbeeld van regionaal watergebruik en waterintegratie. Lusip is een project waarbij water uit de rivier Usutu wordt gebruikt voor landbouw in Swaziland. Voor het project werken de regeringen van Mozambique, Zuid-Afrika en Swaziland samen.
Swaziland bouwde de dam waarvan de arme plattelandsbevolking in de omgeving van Siphofaneni profiteert. De Usutu ontspringt in Zuid-Afrika en dat land laat het water naar Swaziland stromen. Swaziland laat het op zijn beurt naar Mozambique stromen.
Water moet niet alleen commercieel gebruikt worden, zegt Muller, maar ook om leefomstandigheden te verbeteren. Daarbij is participatie van de bevolking belangrijk.
Klimaatfonds
Hoewel het bouwen van dammen duur is, zien regeringen de noodzaak van investeringen in waterinfrastructuur, zegt Bogadi Mathangwane, plaatsvervangend directeur Waterzaken in Botswana. “De uitdaging ligt erin het water bij de mensen te brengen. Maar sommige dorpen liggen ver van de infrastructuur en dan is het erg duur om het water daar te krijgen”, zegt Mathangwane. “Er is geld beschikbaar voor aanpassingen aan de klimaatverandering, maar het is moeilijk daar toegang toe te krijgen omdat de watersector in onze landen versnipperd is over verschillende departementen.”
Willen de vijftien landen van de SADC klimaatfinancieringsbronnen aanboren, dan moeten ze eerst hun watersector op orde brengen, oordeelt Muller.
Mantoe Phakathi
Reageer op dit bericht