Een Britse parlementscommissie ijvert voor een verbod op olieboringen bij de Noordpool. De risico’s zijn volgens de commissie te groot, omdat de oliemaatschappijen niet in staat zijn  een ernstig lek te dichten.

Oliemaatschappijen staan te springen om te boren in het noordpoolgebied, waar nog belangrijke voorraden onder grond zitten. Shell was al gestart met proefboringen, maar de vergunning hiervoor is nu gelukkig ingetrokken. Milieuorganisaties waarschuwen dan ook voor de grote gevaren oliewinning in het onherbergzame gebied. Het Britse Environmental Audit Committee, dat uit parlementsleden van verschillende partijen bestaat, komt in een rapport tot dezelfde conclusie.

Er is momenteel geen noodplan bij een olielek op de schaal van de ramp met de Deepwater Horizon, zegt de commissie. Olieboringen moeten daarom verboden worden in het gebied tot er betere veiligheidsmaatregelen zijn.

“De oliemaatschappijen zouden eerlijk moeten zijn en toegeven dat het in de extreem ijzige omstandigheden in het noordpoolgebied buitengewoon moeilijk is om een olielek te dichten”, zegt Joan Walley, voorzitter van de commissie. “De infrastructuur die nodig is om een grootschalige opruimoperatie te starten, is er gewoon niet. En het is niet bewezen dat de conventionele technieken werken in deze moeilijke omstandigheden.”

Omdat de olieboringen enkel mogelijk zijn in de korte zomer, als er relatief weinig ijs is in het gebied, kan een lek op het verkeerde moment catastrofaal blijken. “We hebben overtuigend bewijs dat, als een olielek zou ontstaan net voor de harde Arctische winter, dat het dan onmogelijk kan blijken om het lek te dichten tot de volgende zomer. Daardoor zou het lek een half jaar of langer olie blijven spuwen onder het ijs, met vernietigende gevolgen voor het milieu.”