Voor het eerst zijn sterrenkundigen erin geslaagd om een foto te maken van de ruimtelijke structuur van het ‘kosmisch web’ – de ijle maar uitgestrekte gasslierten die verschillende sterrenstelsels in het heelal met elkaar verbinden.
Uit computersimulaties was al gebleken dat het gas in het vroege, uitdijende heelal (voornamelijk waterstof en helium) zich zou moeten verdelen in een spinnewebachtige structuur van draderige filamenten. Op de knooppunten van dit ‘kosmisch web’ zijn later de afzonderlijke sterrenstelsels ontstaan.
Op basis van absorptiepatronen in het licht van ver verwijderde quasars was het bestaan van intergalactische gasslierten al aangetoond, maar een echte ‘foto’ van het kosmisch web, waarop de ruimtelijke verdeling te zien is, was nog nooit gemaakt. Dat is nu voor het eerst wél gelukt, met de 10-meter Keck I-telescoop op Mauna Kea, Hawaii.
De sterrenkundigen, onder leiding van Sebastiano Cantalupo van de Universiteit van Californië in Santa Cruz, maakten dankbaar gebruik van een nabijgelegen ‘schijnwerper’: de quasar UM287. Quasars zijn de extreem heldere kernen van verre sterrenstelsels; de energierijke straling van een quasar wordt opgewekt in de directe omgeving van het superzware zwarte gat in de kern van het stelsel. De fluorescerende werking van de quasarstraling brengt een deel van het omringende kosmisch web tot gloeien.
Door gebruik te maken van een speciaal ontwikkeld filter dat uitsluitend straling doorlaat met de verwachte fluorescentie-frequentie, slaagden de sterrenkundigen erin het kosmisch web vast te leggen – in elk geval een deel in de omgeving van de quasar. De draderige structuur is op de resulterende foto vrij goed te zien. De resultaten zijn deze week gepubliceerd in Nature. (Via)
do, jan 23, 2014
Topartikelen, Wetenschap en Natuur