Multinational Mars, bekend van onder meer M&M’s en andere snoepgoed, wil vanaf volgend jaar alleen nog traceerbare en duurzame palmolie gebruiken in producten. Mars volgt andere bekende merken die al eerder zo’n aankondiging deden.
“Snelle expansie van palmolieplantages vormt een bedreiging voor kwetsbare regenwouden en koolstofrijke veengebieden, en voor de plaatselijke bevolking die afhankelijk is van die gebieden”, zegt Barry Parkin, chef duurzaamheid bij Mars.
De vraag naar palmolie is in de afgelopen jaren sterk toegenomen. De olie is geschikt voor huishoudelijk gebruik en wordt ook verwerkt voedselproducten. De industrie concentreert zich vooral in Maleisië en Indonesië en staat bekend om de problemen op het gebied van milieu en arbeidsomstandigheden.
Duurzaam
Mars wil dat al zijn leveranciers voor het einde van het jaar een plan hebben om te kunnen aantonen dat hun palmolie duurzaam wordt geproduceerd. Voor eind 2015 moeten die plannen geïmplementeerd zijn. Het bedrijf wil ook ontbossing voorkomen en duurzame productie van papierpulp, soja en rundvlees bevorderen.
“Vier jaar geleden besloot Nestlé over te gaan op volledige traceerbare duurzame palmolie en bescherming van bossen, maar dat gebeurde onder druk van de milieubeweging”, zegt Bastien Sachet, directeur van de Forest Trust, een waakhond die zich richt op verantwoorde producten en die Mars als nieuwste lid heeft verwelkomd.
Bosbehoud
“Het mooie bij Mars is dat, vooral als het gaat om het tegengaan van ontbossing bij de productie van grondstoffen, het gaat om een besluit dat niet onder druk van activisten is genomen. Ze doen het omdat ze het zelf willen. Dat betekent dat ze zich realiseren wat er gaande is.”
Sachet refereert aan het feit dat steeds meer palmolieleveranciers en grote consumentenmerken zich realiseren dat eerdere pogingen om via certificeren een schone industrie te creëren, relatief weinig effect hadden. Als traceerbaarheid een vereiste wordt, wordt dat wellicht gemakkelijker.
Traceerbaarheid
‘In de afgelopen vier jaar worstelden het publiek, de industrie en de merken met de certificering. Ondertussen werden bossen in Maleisië en Indonesië verwoest, een proces dat nu ook in Afrika begint”, zegt Sachet. “Maar certificering is niet de enige optie. Als we alles kunnen traceren, weten we waar het vandaan komt en kunnen we de productie controleren. Uiteindelijk kunnen we dan de goede producenten belonen met een groter marktaandeel en sancties opleggen aan de slechte.”
In de afgelopen maanden beloofden verschillende andere grote bedrijven, zoals Unilever, Hershey, Kellogg en L’Oreal te gaan letten op de duurzame productiewijzen bij hun leveranciers. Ook enkele grote palmolieleveranciers, zoals Wilmar (in december) en Golden Agri Resources (GAR, afgelopen week) doen mee. Wilmar levert 40 procent van de wereldwijde palmolie. De palmoliebedrijven die meedoen, leveren samen iets meer dan de helft van die voorraad. Vorige zomer was dat percentage nog 0 procent.
Vooruitgang
“We boeken vooruitgang en ik denk dat we op de juiste weg zijn, hoewel het nog een lange weg is”, zegt Calen May-Tobin, analist bij het Initiatief voor Tropische Bossen en Klimaat van de Unie van Bezorgde Wetenschappers (USC), een waakhond. “Het is ook goed om er bewust van te zijn dat dit slechts openbare aankondigingen zijn. Ze moeten nog beleid en daadwerkelijke actie worden omgezet.”
wo, mrt 12, 2014
Economie en Ondernemen, Wetenschap en Natuur