Lachen werkt als sociaal smeermiddel. Dat stelt onder meer de Amerikaanse psycholoog Robert Provine. Provine analyseerde duizenden echte lachmomenten.
Hij ontdekte dat niet de mate waarop iets grappig is maar de sociale verhoudingen tussen mensen de belangrijkste lachfactor is. Wanneer mensen elkaar mogen, voegen ze vaker lachmomenten in, zegt Provine.
Volgens neuropsycholoog Jaak Panksepp uit de Verenigde Staten is lachen een aangeboren en eeuwenoude vaardigheid. Hij heeft geconstateerd dat lachers in de hersenen stoffen aanmaken die een euforisch gevoel oproepen. Mensen die een ander zien lachen, voelen zich bovendien veilig. Hierdoor verkiezen mensen volgens Panksepp spelen boven vechten.
Reageer op dit bericht