De Europese Unie haalde in 2011 zo’n 13 procent van de energieconsumptie uit hernieuwbare bronnen zoals wind- en zonne-energie.

De EU wil tegen 2020 een vijfde van de energie uit hernieuwbare bronnen halen, en timmert aan de weg. In 2004 waren hernieuwbare bronnen goed voor 7,9 procent, in 2010 al voor 12,1 procent en in 2011 dus voor 13 procent. De cijfers (pdf) zijn afkomstig van het officiële Europese bureau voor statistiek Eurostat.

Tussen 2010 en 2011 ging hernieuwbare energie er in bijna alle lidstaten van de EU op vooruit. Koplopers zijn noordelijke landen als Zweden met 46,8 procent, Litouwen met 33,1 procent, en Finland met 31,8 procent. België, Nederland en Luxemburg hangen achteraan het peloton met respectievelijk 4,1, 4,3 en 2,9 procent. Ten opzichte van 2004 was er in alle lidstaten een flinke stijging.