Obligaties om investeringen in hernieuwbare energie te financieren, worden steeds populairder. Dat zegt Adnan Amin, de directeur van het Internationale Agentschap voor Hernieuwbare Energie (IRENA).

IRENA ontwikkelt onder meer financiële modellen om de risico’s bij investeringen in hernieuwbare energie te minimaliseren. Deze risico’s vormden vroeger vaak een hindernis om te investeren in duurzame maatregelen. Nu IRENA steeds meer investeerders kan overtuigen om in te zetten op hernieuwbare energie, ziet de organisatie steeds meer positieve resultaten.

Vorig jaar brachten groene obligaties maar liefst 14 miljard Amerikaanse dollar op. IRENA verwacht dat deze beleggingsvorm dit jaar 40 miljard en volgend jaar 100 miljard dollar opbrengt. “Traditioneel waren ontwikkelingslanden afhankelijk van goedkope leningen om hun energiesector te ontwikkelen. Nu is dat niet meer het geval”, zegt Amin. “Alternatieve financieringsvormen vinden steeds meer ingang waardoor de markt voor hernieuwbare energie groter wordt.”

Energiedoelen
IRENA, dat op 26 januari 2009 in het Duitse Bonn werd opgericht, maakt zich sterk dat hernieuwbare energie een sleuteloplossing is voor de CO2-uitstoot in de toekomst. “Het huidige energiesysteem is voor 80 procent verantwoordelijk voor de CO2-uitstoot van vandaag. De helft van die 80 procent gaat alleen al naar het opwekken van energie”, stelt Amin. “Als de wereldbevolking in 2030 acht miljard mensen telt, zal er 60 procent meer energie nodig zijn dan er momenteel beschikbaar is. Als we niets veranderen aan het huidige energiesysteem, zullen we in 2040 een catastrofaal kantelpunt bereiken op het gebied van de klimaatverandering. Er is dus niet veel tijd meer om hernieuwbare energie te promoten.”

De organisatie is onder andere betrokken bij een programma voor geothermische energie in Latijns-Amerika dat afgelopen dinsdag is gelanceerd in de marge van de VN-klimaatconferentie in Peru. Het gastland wil tegen 2025 de helft van zijn elektriciteit produceren met hernieuwbare energiebronnen. De overheid heeft hiervoor een onderzoeksproject opgestart dat moet bepalen hoe de uitbreiding van het elektriciteitsnet kan voldoen aan de normen van hernieuwbare energiebronnen. Op dit moment komt 18 procent van de energieproductie in Peru uit hernieuwbare bronnen. IRENA hoopt dat deze productie verdubbelt tegen 2030.

Rendabel
Hernieuwbare energie kan ook een oplossing zijn voor de Caraïben, een regio die op dit moment kampt met economische problemen. “Veel Caraïbische landen zijn op afhankelijk van geïmporteerde diesel voor hun energieproductie”, legt Ryan Gilchrist uit. Hij is de adjunct-directeur van UGE International, een bedrijf dat hernieuwbare energie promoot. “Diesel is niet alleen duur maar ook onderhevig aan ernstige prijsschommelingen. Zonne-energie kan deze problemen oplossen. Het is een goedkoper en schoner alternatief, vooral nu de Caraïben worden bedreigd door de klimaatopwarming en een stijgend zeepeil. Bovendien beschikken deze landen over voldoende zonlicht en windkracht om zulke groene energiebronnen rendabel te maken.”

Volgens Gilchrist kan hernieuwbare energie op de Caraïben nu al rendabel zijn. “De combinatie van hoge energiekosten op de eilanden en de dalende kosten van zonnepanelen leidt ertoe dat de meeste Caraïbische eilanden op een rendabele en duurzame manier elektriciteit kunnen opwekken”, concludeert hij.