De werkloosheid in de eurozone is in april gedaald naar 11,1 procent van de beroepsbevolking, van een herziene 11,2 procent in maart. Dat maakte het Europese statistiekbureau Eurostat woensdag bekend.

Eerder werd voor maart een werkloosheid gemeld van 11,3 procent. Volgens Eurostat waren in april in de eurozone 17,84 miljoen mensen werkloos. Dat waren er 130.000 minder dan een maand eerder. Voor de gehele Europese Unie werd een werkloosheid gemeten van 9,7 procent, onveranderd vergeleken met een maand eerder. In de EU zaten 23,5 miljoen mensen zonder betaald werk.

De laagste werkloosheid in de EU werd gemeten in Duitsland en de hoogste in Griekenland en Spanje. De Nederlandse werkloosheid bedroeg volgens Eurostat 7 procent. In de EU waren in april 4,74 miljoen jongeren werkloos, waarvan 3,16 miljoen in het eurogebied.

Detailhandelsverkopen
De detailhandelsverkopen in de eurozone zijn in april met 0,7 procent toegenomen in vergelijking met een maand eerder.

Economen rekenden gemiddeld op een stijging met 0,6 procent. In maart gingen de verkopen nog met een herziene 0,6 procent omlaag. Eerder werd een krimp met 0,8 procent gerapporteerd. In de gehele Europese Unie stegen de winkelverkopen met 0,6 procent.

Op jaarbasis namen de winkelverkopen in het eurogebied in april met 2,2 procent toe. Een maand eerder was sprake van een verkoopstijging met een bijgestelde 1,7 procent.