Nuon mag geen kolencentrale bouwen in de Eemshaven, oordeelde de Raad van State vandaag. De noodzakelijke milieuvergunning is door de provincie Groningen te snel toegekend en wordt ingetrokken.

Tegen de bouw van de nieuwe centrale was bezwaar gemaakt door Greenpeace, Stichting Natuur en Milieu en omwonenden. Uiteindelijk wordt de constructie tegengehouden vanwege het te hoge gehalte dioxines en zware metalen en de daaruit voortvloeiende risico’s voor de volksgezondheid. De voornaamste zorg van de milieuorganisaties is echter verlaging van de CO2-uitstoot. Een centrale op steenkool stoot ongeveer twee maal zoveel CO2 uit als een centrale op aardgas.

Aandeelhouders van Nuon keurden het project, ter waarde van 1,5 miljard euro, vorig jaar nog goed. ‘Deze uitspraak laat zien dat investeren in kolencentrales niet verstandig is’, zegt Rolf Schipper van Greenpeace.

De organisatie voert ondertussen nog een felle campagne tegen de bouw van een nieuwe steenkoolcentrale op de Maasvlakte door het Duitse E.On. Terwijl Nuon tenminste nog van plan was een modernere kolenvergasser te plaatsen, wil E.On een ouderwetse centrale neerzetten, die bovendien slecht geschikt is voor toepassing van CCS, een techniek waarmee in de toekomst wellicht CO2 kan worden afgevangen.

Sinds het einde van de jaren ’90 komt vrijwel de gehele toename van de wereldwijde CO2-uitstoot op het conto van gestegen consumptie van steenkool, dat aanzienlijk goedkoper is dan het steeds schaarsere en in prijs oplopende aardgas. De uitstootgrafieken bewijzen het ongelijk van de theorie dat ‘stijging van de olieprijs automatisch zou leiden tot een transitie naar duurzame energie’ – dat zal pas gebeuren na verdere invoering van de koolstoftax. Steenkool wordt dan vanzelf te duur.